Gemeentelijke basisschool Eindhout: "zorg
moet er zijn voor alle kinderen"
(Tekst gebaseerd op de lezing gegeven in 2004 door Magda
Vandoninck in het Provinciehuis in Antwerpen, over het zorgbeleid naar
hoogbegaafden toe in haar school. Met dank aan mevr. Vandoninck voor het
ter beschikking stellen van haar tekst.)
Magda Vandoninck was op dat moment zorgcoördinator in de gemeentelijke
basisschool in Eindhout.
De politieke basis: HB begeleiden is zeker niet verboden in de
provincie Antwerpen...Zelfs de gouverneur staat er achter!
Mevr. Vandoninck verwijst eerst naar een voor de onderwijspolitiek in
de provincie Antwerpen belangrijke tekst. Immers de Antwerpse gouverneur
schreef de tekst ‘Vergeten zorgenkinderen’. Aan te vragen bij
de provincie zelf.
Hoe de screening voor de kangoeroeklas georganiseerd werd op
de school
In datzelfde jaar (2002) volgde mevr. Vandoninck een opleiding bij Eleonoor
Van Gerven en Tessa Kieboom, ingericht door het CBO
Antwerpen: 'Professioneel
omgaan met hoogbegaafde leerlingen in het Basisonderwijs'
aan de hand van het boek van Van Gerven.
(het geleerde werd toegepast in de school en werd ook in een stappenplan
uitgeschreven in 2006). Onder begeleiding van Tessa
Kieboom, werd het screenen van de klassen op hoogbegaafdheid georganiseerd
Om dit vlot te laten verlopen, werden de mappen en documenten van ACOP-SIDI
gebruikt.
Elke leerkracht krijgt een screeningsblad, waarop de gevraagde gegevens
ingevuld worden.
Niet alleen het cognitieve is hierbij belangrijk. Ook een aantal andere
aspecten worden geobserveerd: leeraspecten, zelfbeeld, omgang met anderen
en werkhouding.
De ingevulde lijst wordt met de klasleerkracht besproken.
De leerlingen, die na dat overleg in aanmerking komen voor de kangoeroeklas,
worden doorgetoetst met het leerlingvolgsysteem. Voor wiskunde gebruikt
mevr. Vandoninck het LVS-CSBO tot het 4de leerjaar en voor 5de en 6de
leerjaar vult zij dat aan met Dudal. Voor Nederlands gebruikt zij de begrijpend
lezen – toetsen van Cor Aarnoutse.
En wat als er een (grote) voorsprong blijkt?
Als blijkt dat leerlingen ongeveer een jaar voorsprong hebben op Nederlands
of wiskunde, dan krijgen zij in de klas Plustaak Taal of Somplex aangeboden.
Dit kan gebeuren in het hoekenwerk, maar ook na compacting van de leerstof.
Wat is compacting? De toets die nog moet
komen, wordt op voorhand afgenomen, zodat de leerkracht ziet welke leerstofonderdelen
de leerling nog niet bezit. De gekende delen kan de leerling overslaan
en andere taken nemen of de leerkracht kan deze reeds gekende lessen
geven tijdens de uren kangoeroeklas.
Heeft de leerling een jaar voorsprong én voor wiskunde én
voor Nederlands, dan krijgt het beide verrijkingsmaterialen aangeboden
in de klas én wordt de leerling ook opgenomen in de kangoeroeklas.
We kunnen stellen dat deze leerlingen een ontwikkelingsvoorsprong van
1 jaar verworven hebben.
Wie geeft eigenlijk een eerste signaal?
Een aanmelding van hoogbegaafdheid, hoeft niet noodzakelijk van de leerkracht
te komen. Ook de ouders kunnen een aanmelding doen. Niet alle kinderen
tonen altijd alle aspecten van zichzelf op school.
Hoe verloopt het dan verder?
- De leerkracht krijgt bij een vermoeden van hoge intelligentie een
individuele observatielijst aangeboden om alle aspecten van het kind
vanuit de juiste hoek te bekijken.
- Om een oudergesprek over eventuele hoogbegaafdheid te leiden, zit
er een leidraad in Sidi-protocol. Een blik op de voorbije resultaten
van het LVS kan ons meer vertellen.
- Na het oudergesprek en nadat de observatielijst van de leerkracht
geïnterpreteerd werd, kan een doortoetsing volgen.
Wat als toetsen geen "grote" voorsprong als resultaat
geeft, maar er zijn toch indicaties van een hoge intelligentie?
Indien door de testen geen jaar ontwikkelingsvoorsprong op gebied van
taal en/of rekenen kan vastgesteld worden, wordt de hulp van CLB ingeroepen
om via een IQ-test in te schatten welke de mogelijkheden van de leerling
zijn. Wat altijd centraal staat is het welbevinden en de betrokkenheid
van een leerling: we proberen voldoende uitdaging aan te bieden, zonder
het kind te overbelasten.
En wie komt er dan nog in de kangoeroeklas?
Wie komt er nog meer in de kangoeroeklas? Alle leerlingen die reeds,
omwille van omstandigheden, een IQ-testing hadden, waaruit blijkt dat
of VIQ (=verbaal IQ) of PIQ (= performaal IQ) of TIQ (= totaal IQ) groter
is dan 130 (dit is de grens die doorgaans voor hoogbegaafdheid wordt gehanteerd
bij de meest gebruikte testen in ons taalgebied). Indien het TIQ rond
120 zit, worden ze alsnog doorgetoetst om na te gaan waar verrijking nodig
is.
De organisatie van de kangoeroeklas: de uren
- 10 lestijden kangoeroewerking zijn voorzien in de taak van de zorgcoördinator
- Verdeling: 2 lestijden voor de 1ste graad, 3 lestijden voor de 2de
en de 3de graad.
Doelstellingen
De bedoeling van kangoeroewerking is dat hoogbegaafden leren samenwerken
met en leren vàn ontwikkelingsgelijken. Velen onder hen hebben
problemen met leren en studeren: door ze samen te brengen in 1 groep,
proberen we hun ontwikkeling te stimuleren.
Terugkoppeling naar de eigen klas
De leerlingen van de 2de en de 3de graad, maken ook een werkstuk. Het
is de bedoeling dat zij dit werkstuk ook daadwerkelijk in hun eigen klas
gaan brengen. De andere leerlingen kunnen op die manier ervaren dat kangoeroewerking
werkelijk ‘werkmomenten’ zijn. Ze hebben er dan minder moeite
mee dat sommige leerlingen de klas verlaten voor een aantal lestijden.
De rapportering
De leerlingen werken niet "vrijblijvende" in de kangoeroeklas
of in het gedifferentieerd aanbod in de klas. Hun werk wordt wel degelijk
geëvalueerd en er wordt verslag gedaan aan de ouders.
Wat de leerlingen maakten van Somplex en Plustaak
wordt door de leerkracht ingekeken en op het rapport wordt bij de rubriek
‘mededeling aan de ouders’ vermeld met welke inzet
er gewerkt werd aan de bijkomende taken.
Voor de kangoeroeklas, krijgen de leerlingen een bijkomend ‘differentiatierapport’,
dat er exact hetzelfde uitziet als dat van de taakklas. Hierop wordt aan
de ouders meegedeeld waaraan gewerkt wordt en hoe hun kind dat deed.
Viel het wel mee? En hoe verloopt het overleg met de ouders?
Op de eerste ouderbijeenkomst werd afgesproken dat we een aantal maanden
‘gewenningstijd’ zouden in acht nemen, alvorens te reageren
op het initiatief van de kangoeroeklas.
Toen in januari de normale oudercontacten gepland waren, wensten er
slechts enkele ouders mevr. Vandoninck te spreken. Dit was niet alleen
om hun enthousiasme mee te delen, maar ook om zelf eens kennis te maken
met de materialen waarover hun kinderen thuis vertelden.
Het spreekt voor deze school vanzelf dat elke ouder een afspraak kan
maken om een item te bespreken.
Materialen
In de kangoeroeklas worden andere materialen gebruikt dan diegene die
in de klas te vinden zijn. De school kreeg een materialenlijst
van CBO en de zorgcoördinator werd lid vande oudergroep HBBK en sprokkelde
ook tips via onze website (op deze website kijk je best ook eens even
op: materialen)
De uren... Jammer toch dat het zo woekeren is met de tijd. Dit
maakt het voor veel scholen moeilijker om een initiatief te nemen!
Het spreekt vanzelf dat de opstart van deze kangoeroeklassen heel wat
tijd en lestijden heeft in beslag genomen. Om vergissingen te voorkomen,
werd alles dubbel nagekeken. Een volledig schooljaar lang hebben we intensief
gewerkt aan screenings en overleg met de leerkrachten.
Deze school had het geluk dat zij extra-uren hadden van de onlangs tot
stand gekomen fusie. Niet iedereen heeft die luxe. "Het zou misschien
al gedeeltelijk oplosbaar zijn, mocht iedereen het lestijdenpakket kunnen
toepassen aan 100%", zegt mevr. Vandoninck.
De reacties: zorg voor ALLE kinderen aanbieden is duidelijk een
schot in de roos!
We laten mevr. Vandoninck nog even aan het woord: "Tot hiertoe
hoorde ik van de ouders en de leerkrachten alleen positieve opmerkingen:
leerlingen, die vaak probleemgedrag vertoonden, werden rustiger door in
de kangoeroeklas te werken met ontwikkelingsgelijken. Maar ook de zogenaamde
hoogbegaafden zonder problemen doen er hun voordeel bij. Zo hoorde ik
onlangs van een moeder: mijn dochter ging altijd graag naar school en
was met alles tevreden. Maar sinds ze in de kangoeroeklas zit, is haar
nieuwsgierigheid opgewekt naar meer… Ze gaat nu uit eigen beweging
dingen opzoeken, terwijl ze vroeger alleen het noodzakelijke deed of helemaal
niets extra na schooltijd."
"Daarmee is het nut van een kangoeroeklas wel bewezen"
besluit mevrouw Vandoninck haar tekst: "Zorg moet er zijn voor alle
kinderen". We zouden het niet beter kunnen zeggen! |