In de Gauss-curve (een grafische voorstelling
van de verdeling van het IQ over een doorsnee bevolking), en zoals gebruikelijk
in de statistiek, worden de 2,5% hoogste en laagste scores op een IQ test
(de uiterste punten dus), beschouwd als "sterk afwijkend" (ze
hebben een IQ waarde die buiten de waarden valt waarbinnen 95% van de bevolking
zich bevindt).
We hebben het ivm hoogbegaafden over de bovenste 2,5%. Aan de andere
kant van de curve bevinden zich de laagste 2 à 3%, mensen met een
mentale handicap. Vanaf een IQ van minder dan 80 (en afhankelijk van het
probleem van het kind, inclusief onderwijs komt toch stilaan ook op!) verwijst
men naar speciale scholen, en voor alle andere kinderen die leerproblemen
hebben, is ook begeleiding voorzien. Omdat dit nu eenmaal nodig is.....
Niet omdat ze met minder zijn dan de kinderen die binnen de grote groep
"gemiddelde" kinderen vallen, maar wel omdat ze specifieke behoeftes
hebben, vaak op gebied van snelheid waarmee leerstof kan worden verwerkt,
even vaak omwille van de nood aan specifieke methodes van aanbreng van
de leerstof en hulp bij de verwerking ervan.
Tegelijkertijd worden ouders van hoogbegaafden die pleiten ten voordele
van een specifieke aanpak voor de 2,5% kinderen uiterst rechts in de Gauss
curve (zie hieronder), nog al te vaak een beetje vreemd bekeken. En toch
hebben hoogbegaafde leerlingen evenzeer een eigen begeleiding nodig! Ze
hebben ook vaak geheel eigen behoeftes wat leren betreft. Ze zijn niet
enkel wat betreft het kwantitatief stuk (hoeveelheid leerstof en snelheid
van verwerking) "uitzonderlijk" (in de zin van: uitzondering
op de doorsnee leerling, we willen hier zeker geen waarde-oordeel aan vast
hangen, integendeel! Alle kinderen hebben hun eigen waarde en eigenheid!),
maar hebben daarbovenop vaak eigen leerstijlen die niet "doorsnee"
zijn, en waar dus niet echt op wordt ingespeeld met de standaard leermethodes.
Als deze leerlingen binnen het onderwijs echter niet benaderd worden met
respect voor hun eigenheid en manier van verwerking van leerstof, zullen
ze in feite juist door de aanpak vaak tekort gedaan worden in het onderwijs,
en dat ze daar last van zullen hebben, vroeg of laat, hebben jammer genoeg
al veel ouders moeten zien gebeuren.
In een gemiddelde klas van een basisschool, bevinden er zich, als we
de cijfers bekijken, theoretisch niet altijd hoogbegaafden (statistisch
gezien, op een klas van 20, een halve...dat zal dan wel de bovenste kant
van het kind zijn zeker ). Op een school van pakweg 300 leerlingen,
kan je dus theoretish rekenen op 6-7 hoogbegaafden. Maar... sommige scholen
zijn aantrekkingspolen voor hoogbegaafden, en daar vind je dan ineens in
één klas verschillende hoogbegaafde leerlingen. Relatief
gezien is het aantal HB leerlingen op zulke scholen vrij groot (er zijn
voorbeelden van scholen met 25% hoogbegaafden).
Hoe kan dat? Redenen genoeg. Ouders kiezen voor die school omdat ze een
goede opvang voorziet, of tenminste niet weigerachtig staat tegenover hoogbegaafden.
Omdat er een aantal ouders van hoogbegaafde kinderen zich organiseren in
verenigingen en internet groepen, wordt de ontdekking van een school die
een hoogbegaafden-beleid heeft, zeer snel doorgegeven (zie ook op deze
site bij scholen "met" hb.
En dus is er een beweging naar scholen toe die een beleid hebben van zorgverbreding
die ook rekening houdt met hoogbegaafde kinderen (een tip voor scholen
die leerlingen willen "lokken"?). En tenslotte is de aanwezigheid
van een hoogbegaafd kind in een gezin, soms een voorbode van nog meer.
Hoogbegaafdheid heeft blijkbaar een erfelijke factor. En meestal gaan kinderen
van hetzelfde gezin, naar dezelfde school...
Even een cijfertje plakken op de groep hoogbegaafde kinderen.
In Vlaanderen gaat het over 20.000 à 25.000 kinderen en jongeren.
In Nederland over 56.000 (bron: Theresa Müller, 2002).
Nu is er ook binnen de groep hoogbegaafden wel wat verschil. Een
IQ van 130 komt bv nog véél meer voor dan een IQ van pakweg
165. Dus de kans dat een kind met een IQ van 165 een klasgenootje
tegenkomt in hetzelfde geval, is vrij klein, tenzij het weer gaat over
een school die een aantrekkingspool is voor hoogbegaafden.
Een lijstje dat je veel terugvindt: (bron: Müller, 2002, die het
heeft van Winner, 1998 ):
* 2 à 3 kinderen op 100 halen een IQ van 130 of meer
* 4 op 1000 kinderen heeft een IQ van 140 of meer
* 1 op 30.000 kinderen heeft een IQ van 160 of meer
* 1 op 20.000.000 kinderen haalt een IQ van 180 of meer
* Een gemiddelde gepromoveerde academicus (=iemand die een doctoraat met
succes heeft verdedigd) heeft een IQ van 130, bij natuurkundigen ligt dat
10 punten hoger
De volgende grafiek mochten we overnemen van igavo
(waarvoor dank):
|